Wat heeft uit eten gaan en het zuiver aanvaarden van een nalatenschap met elkaar te maken? Heel veel zo blijkt uit de jurisprudentie. In 2015 oordeelde de Hoge Raad- zie ECLI:NL:HR:2015:1284 – dat een etentje kort na het overlijden op kosten van de overledene niet gezien kon worden als een daad van zuivere aanvaarding. Gezien de omstandigheden vond de Hoge Raad dat deze kosten gezien moesten worden als kosten gemaakt in het kader van het verzorgen van de uitvaart. In een uitspraak van het Hof Den Haag – ECLI:NL:GHDHA;2017:2574 – was ook sprake van het regelen van de uitvaart, maar volgde het etentje na de uitvaart, ter afsluiting. De kosten werden van de rekening van erflater betaald, maar door de disgenoten later terug gestort, op advies van de notaris. Het Hof oordeelde dat de gemaakte kosten alle waren te zien als kosten gemaakt voor het regelen van de begrafenis. Echter, een jaar eerder oordeelde hetzelfde Hof in een zaak die in grote lijnen gelijk was, dat allerlei kosten, hoewel gesteld was dat deze gemaakt waren om de begrafenis te regelen, wel tot zuivere aanvaarding hadden geleid. Mr. A.M. Steegmans bespreekt de verschillende uitspraken in tijdschrift Erfrecht nr. 1, 2018. Het blijft heel erg oppassen met de pinpas van de overledene: beter is het om je eerst te laten adviseren over wat wel en niet kan.
Deel dit bericht
Facebook
Twitter
LinkedIn
Email